De Vlaamse energie-intensieve industrie draagt voor meer dan 9% bij tot het Vlaamse BBP. Tegelijk stoot ze jaarlijks meer dan 27 miljoen ton CO2eq. uit en is daarmee de grootste bron (+-35%) van de totale Vlaamse uitstoot.
Hoe kunnen we de Vlaamse industrie transformeren, zodat ze kan gedijen in een klimaatneutraal Europa tegen 2050?
Om deze vraag te beantwoorden heeft het Vlaams Agentschap voor Innovatie en Ondernemen samen met Deloitte, de VUB-IES, de Antwerp Management School en Climact een studie besteld om verschillende reductiemogelijkheden te onderzoeken en een stappenplan te ontwikkelen naar een klimaatvriendelijke Vlaamse industrie tegen 2050. Climact ontwikkelde hiervoor een robuust model dat meer dan 50 verschillende technologieën omvat, met een kernfocus op de sectoren chemie, staal en raffinage, die samen goed zijn voor +- 90% van de industriële emissies. Met dit model hebben we het potentieel van 4 verschillende reductiepaden geëvalueerd:
Uit onze analyse blijkt dat we een combinatie van alle routes nodig hebben om de uitdaging aan te gaan die voor ons ligt. Alleen door verschillende routes te combineren, kunnen we tegen 2050 grote reducties bereiken (tussen 85% en 90% ten opzichte van 2005):
Hoewel er verschillende trajecten zijn om tegen 2050 tot een sterke reductie te komen, hebben we in de verschillende scenario’s een aantal gemeenschappelijke en terugkerende elementen geïdentificeerd die als ‘must haves’ voor de overgang kunnen worden beschouwd:
1. Koolstofafvang speelt in alle scenario’s een belangrijke rol. Tegen 2050 zou jaarlijks tussen 10 en 14 miljoen ton CO2 moeten worden afgevangen. Daarvan zal minstens 8 miljoen ton afgevoerd moeten worden naar geologische opslaglocaties buiten Vlaanderen. We moeten in het komende decennium beginnen met de ontwikkeling van de nodige infrastructuur hiervoor. Hoewel ambitieus, zien we dat verschillende grote industriële spelers concrete stappen in deze richting zetten, met de ambitie om tegen 2030 al aanzienlijke hoeveelhedenCO2 af te vangen (zie bv. Antwerp@C en het Carbon Connect Delta Programma).
2. Het elektriciteitsverbruik zal naar verwachting in alle scenario’s toenemen, variërend van +60% tot +190%. Dit vraagt om een versterking van het elektriciteitssysteem en het elektriciteitsnet in de belangrijkste industriële clusters, evenals een duidelijke visie over hoe we kunnen zorgen voor voldoende beschikbaarheid van betrouwbare, betaalbare en klimaatneutrale elektriciteit.
3. Het verbruik van waterstof zal in alle scenario’s naar verwachting ook toenemen, tot 14 à 26 TWh per jaar in 2050. De vraag neemt vooral toe als de afgevangenCO2 moet worden hergebruikt;
4. Ten slotte wordt ook verwacht dat de vraag naar biomassa en kunststofafval zal toenemen: tussen 1,5 en 5 miljoen ton biomassa per jaar en 2,5 miljoen ton kunststofafval per jaar tegen 2050. Gezien de beperkte beschikbaarheid binnen Vlaanderen vereist dit het opzetten van de gepaste logistieke en bevoorradingsketens.
Op basis van onze analyse hebben we een routekaart tussen nu en 2050 ontwikkeld met duidelijke stappen die de komende decennia moeten worden genomen om de overgang te begeleiden:
De overgang zal een uitdaging vormen en vergt aanzienlijke en aanhoudende inspanningen van zowel publieke als private actoren. Als ze slaagt, kan ze echter aanzienlijke kansen bieden voor de Vlaamse industrie en de Vlaamse samenleving als geheel:
- De Vlaamse industrie kan blijven bloeien in een klimaatneutrale EU en welvaart en jobs genereren
- De overgang zal nieuwe waardeketens creëren en nieuwe exportmogelijkheden ontwikkelen voor Vlaamse industrieën en onderzoeksecosystemen.
- Door zijn grondstoffen te diversifiëren zou de Vlaamse chemiesector ook minder kwetsbaar kunnen worden voor verstoringen die de overgang in de petroleumsector zou kunnen veroorzaken.
- Er is een aanzienlijk potentieel voor sectorale koppeling en de valorisatie van afvalstromen
- Er is een sterke synergie met circulariteit, en de Vlaamse chemische cluster zou een aanzienlijke bijdrage kunnen leveren aan het plastic afvalprobleem door afval te hergebruiken als grondstof.
De volledige verslagen zijn beschikbaar op de website van VLAIO
Artikel van Pieter-Willem Lemmens